Huishoudens gaan minder betalen voor stroom

Een gemiddeld huishouden gaat vanaf komende maand minder betalen voor stroom. Voor bedrijven die veel stroom verbruiken kan de besparing zelfs oplopen tot vijf miljoen euro per jaar. Dat maakte toezichthouder ACM bekend n.a.v. het nieuws dat Nederland zijn markt voor elektriciteit beter gaat koppelen aan die van landen om ons heen.

Een betere koppeling van de elektriciteitsmarkt aan die van onze buurlanden zal zorgen voor een verlaging van de elektriciteitsprijzen. Door de koppeling wordt een grotere markt gecreëerd en dat heeft een direct effect op de concurrent tussen de verschillende aanbieders. Producenten van elektriciteit zullen elkaar scherper in de gaten gaan houden en dat zal, volgens de ACM, leiden tot een lagere energieprijs.

Besparing energielasten

De werkelijke koppeling gaat op 21 mei 2015 in. Henk Don, bestuurslid ACM: “Doordat er één grote markt ontstaat, zal er meer concurrentie zijn. De prijs van elektriciteit in Nederland zal hierdoor dalen. Voor bedrijven die heel veel elektriciteit verbruiken zoals bijvoorbeeld bedrijven die staal produceren, kan de besparing oplopen tot 5 miljoen euro per jaar. Dat is goed voor onze economie. Een gemiddeld gezin in Nederland bespaart ongeveer 10 euro per jaar.”

Door bestaande netwerken van verschillende landen met elkaar te verbinden zal het totale elektriciteitsnetwerk voortaan beter benut worden. ”Door de landelijke netbeheerders slimmer te laten berekenen hoeveel capaciteit er beschikbaar is voor transport over de grens, kan ook meer elektriciteit worden getransporteerd, aldus ACM, ”Op dagen dat bijvoorbeeld in Duitsland veel goedkope zonne- of windenergie wordt geproduceerd, kunnen we profiteren van hun lagere elektriciteitsprijzen.”

Europa als één energiemarkt

Om de marktkoppeling voor elkaar te krijgen is er intensief samengewerkt tussen de verschillende ministeries van Economische Zaken, landelijke netbeheerders, beurzen, marktpartijen en toezichthouders. Het gaat in eerste instantie om een koppeling van de markten tussen Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Oostenrijk. Het uiteindelijke doel is om alle Europese landen als één markt te verbinden.

Bron: acm.nl